Auto’s, daar heb ik niets mee.

Mijn fijnste auto was de dikke deuken auto. Zo noemden mijn zoons onze favoriete auto. Een auto vol deuken met een grote achterbak waarin we veel spullen, fietsen en bouwmaterialen hebben vervoerd. En ineens was ook de deuken auto er niet meer. Kwestie van een wegafscheider te ruim nemen waardoor de carrosserie het begaf. Eigenlijk zoiets als op deze foto. Een te hoge bult of drempel willen nemen met je auto. Dan rest het autokerkhof of wordt de auto een soort van kunstwerk. Een eyecatcher in ieder geval.

Maar toch gaat mijn werk vaak over auto’s. Auto’s waarmee harder wordt gereden dan de verkeerssituatie toelaat, auto’s met een appende bestuurder.  Dat worden dan auto’s waar hele heftige ongelukken mee gebeuren en dat leidt tot letselschade. Voor het slachtoffer van een ongeluk blijft het vaak een auto met een kenteken. De bestuurder komt niet in beeld. Het komt eigenlijk best weinig voor dat de bestuurder, toch een veroorzaker van een ernstig ongeluk, wat van zich laat horen. Als een bestuurder wel contact opneemt met het slachtoffer wordt dat vaak als prettig ervaren. Want het is natuurlijk niet de auto die het ongeluk maakt, maar een bestuurder die niet oplet of een fout maakt of er helemaal niets aan kan doen. Het tonen van belangstelling en maken van excuses kan helend werken.

Maar nu een auto waar ik ook blij van word.

Wat een mooie foto en vrolijk bericht ontvang ik van mijn cliënte. Ze heeft een pracht dochtertje gekregen maar kan niet met haar op stap want ze zit in een rolstoel na een ernstig ongeval. Daar komt verandering in als deze bus is omgebouwd. Ze telt de dagen af tot ze weer zelfstandig naar buiten kan als trotse bestuurder van deze bus. Zoals ze mij appte: “dan heb ik eindelijk mijn vrijheid terug”.